‘Dienstbaar zijn aan (jonge) mensen, die meer hulp en begeleiding nodig hebben’

In de achtertuin van mijn gesprekspartner zie ik een aantal mezen, die zich te goed doen aan de vetbolletjes. Ik ben bij Luuk Feikens. Hij is de oudste zoon van wijlen Jurjen Feikens, de in Eelde wereldberoemde hoofdmeester van de Eelder School. Maar Luuk Feikens (68) is ook leerkracht, amateursporter, organisator WK-Splash, wereldreiziger en chauffeur van de Eelder belbus.
Luuk Feikens is 2,5 jaar als zijn vader benoemd wordt als hoofdonderwijzer aan de openbare Eelder lagere school. Het gezin betrekt de naast de school gelegen dienstwoning. ‘Een fijn en karakteristiek huis. Het is onbegrijpelijk dat dit huis ooit is afgebroken’, zegt Luuk hartstochtelijk. Luuk en zijn jongere broer Wytse hebben als kinderen de tijd van hun leven in een warm gezin met de school en het schoolplein als speelplek. ‘Ik heb altijd mezelf kunnen zijn, ik werd niet voorgetrokken, maar ook niet benadeeld als zoon van meester Feikens. Als oudste kind moest ik de mogelijkheden zelf ontdekken.’
Buitenspelen doet Luuk het liefst: de landerijen op de Eelder es, de woningbouwterreinen van de Schultenweg en de aanbouw van wijk Paalakkers zijn geliefde speelplaatsen voor de jonge gebroeders Feikens. Luuk helpt boeren, voetbalt bij Actief en doet dingen, die pubers doen. Hij ontwikkelt een voorliefde voor de buitensport en hij wil graag gymnastiekleraar worden. Maar dat blijkt geen haalbare kaart, maar wat dan? Het kost een paar jaar om zijn roeping te vinden. Na zijn tienerjaren studeert Luuk aan de Pedagogisch Academie (PA) in Groningen en woont hier met jeugdvriendin Nelleke. ‘Op de PA was ik helemaal op mijn plek’, glundert Luuk. Na zijn afstuderen in 1979 werkt hij op een tijdelijk contract op een basisschool, maar vertrekt dan naar de openbare LEAO in Groningen, waar hij zo’n zes jaar Nederlands, Rekenen en Aardrijkskunde geeft aan eerste- en tweedeklassers. ‘Die LEAO was een kleine school met 400 leerlingen, die ik bijna allemaal bij naam kende. Mijn leerlingen komen net van de basisschool. Sommige kinderen hebben wat ‘vaderlijke zorg’ nodig van de leerkracht, andere kinderen willen wel uit de bocht vliegen. Grenzen aangeven én stimuleren de rand op te zoeken, dat is de stuurmanskunst van een leerkracht. Dat vereist nabijheid, maar ook professionele afstand.’ De LEAO was een beroepsvoorbereidende school en Luuk staat aan de basis van de ontwikkeling van leerlingen. Die school paste hem als een jas en Luuk vertelt dat hij zichzelf hier als vakman, maar ook persoonlijk, goed heeft kunnen ontwikkelen.
In 1984 verhuizen Luuk en Nelleke naar Paterswolde, waar hun drie kinderen geboren worden. Na de LEAO geeft Luuk in Groningen meer dan 30 jaar les in het speciaal basisonderwijs, aan kinderen die meer begeleiding nodig hebben bij het leren en opgroeien. ‘Ook in het speciaal basisonderwijs heb ik weer veel bijgeleerd en mezelf verder ontwikkeld. Ik heb van het lesgeven aan deze kinderen ongelofelijk genoten. Je staat als leerkracht wel de hele dag helemaal aan. Je zorg als leerkracht in het speciaal onderwijs is groot en dat gaat na schooltijd door: komen ‘onze’ kinderen wel goed en op tijd weer thuis? Mijn grondhouding werd om dienstbaar te zijn, omdat deze kinderen meer hulp en begeleiding nodig hebben.’ Met zijn kinderen ontdekt Luuk op het Paterswoldsemeer de zeilsport, wordt er vrijwilliger en bestuurder. Luuk zet zijn organisatietalent in voor de Splash-klasse (12-14 jarigen), een leeftijdsgroep die hem na aan het hart ligt. Hij organiseert de eerste WK-Splash, een open wereldkampioenschap, waarvoor jonge amateurzeilers uit de hele wereld naar Stavoren komen.
‘Zo’n WK is prachtig om te doen, maar ook hectisch. Die dynamiek kende ik al uit het onderwijs’, lacht Luuk. De deelnemende kinderen delen tijdens zo’n WK hun passie voor het zeilen, maar krijgen vooral ook een kijkje over de grens en bouwen hun internationale ervaringen en ontmoetingen met andere kinderen op. Zo’n 10 jaar is Luuk in actie met dit WK Spash en reist daarvoor de wereld rond. Na 30 jaar als onderwijzer, gaat Luuk vanaf 2009 andere leerkrachten in het speciaal basisonderwijs begeleiden. Om gezondheidsreden moet hij zijn onderwijsloopbaan in 2015 beëindigen. Hij gunt zich tenminste een jaar om weinig meer te doen dan sporten, reizen maken met de camper, lezen en lanterfanten. Veel dichterbij huis wordt Luuk chauffeur op de Eelder belbus. Autorijden doet hij graag, maar het is vooral ‘aantrekkelijk dat dit vrijwilligerswerk niet op werk lijkt.’ ‘De Belbus in Eelde vervoert iedereen en niet alleen ouderen’, benadrukt Luuk. Ondanks de lijst met aangevraagde ritten blijft er voor de chauffeurs ook persoonlijke vrijheid. Luuk vertelt over een oudere man, die aan de chauffeur vraagt om een stukje om te rijden, om zijn ouderlijk huis weer te zien. En omdat het kan, wordt dat dan geregeld. Kleine moeite, groot plezier. En zo is er tijdens elke dienst wel iets leuks of bijzonders te beleven. Als ik na dit geanimeerd gesprek de tuin inkijk, is er geen mees meer te bekennen. Genoeg gehad van deze vetbolletjes, blijkbaar.